Posts tonen met het label Luciano Berio. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Luciano Berio. Alle posts tonen

vrijdag 26 november 2010

Cora Burggraaf subliem in Berio's Folk Songs

Mezzosopraan Cora Burggraaf.
(Foto: Marco Borggreve.)
Bijna volle zaal
Donderdagavond werd het eerste van een reeks van drie concerten van het Noord Nederlands Orkest gegeven in een vrijwel volle grote zaal van het Cultuurcentrum De Oosterpoort in Groningen. Even gaat dan door je heen dat dit wellicht het gevolg is van een sfeer in de trant van "Nu het nog kan. . . ", gezien de plannen van cultuurbarbaren in onze Residentie. Immers, ook cultuurvernietiging is een manifeste vorm van fascistoïde, dan wel regelrecht fascistische, monsterlijkheid. Politici blijken, altijd opnieuw, de meest gepreoccupeerde, en dito hardleerse, wezens, overal op aarde.
Helaas bleken de vele toehoorders niet gegrepen door de wens en de wil zich te manifesteren in zo'n context, maar vernam ik van diverse kanten dat er wel heel kwistig was gestrooid met vrijkaarten in verband met het officiële afscheid van de algemeen directeur van het ensemble, Jan Geert Vierkant. Desniettemin: er werd — in tegenstelling tot andere jaren, als de herfst eenmaal goed doorzet — nauwelijks gerocheld, gekucht en/of gehoest.

Cora Burggraaf: met ingetogen hartstocht
Dat was, vanzelfsprekend, een extra dimensie in een zaal vol muziek: stilte waar deze (dringend) gewenst is. Cora Burggraaf kon daarvan meeprofiteren in haar ronduit sublieme vertolking van de elf Folk Songs van Luciano Berio (1925-2003), waarbij ze niet alleen haar zangcapaciteiten tot in de grondtonen heeft ingezet, maar waarbij ze in beweging en mimiek steeds opnieuw de sfeer wist over te brengen die bij elk nummer op zich paste. Met ingetogen hartstocht: uitstekend in balans.
Berio had deze Folk Songs oorspronkelijk (1964) gecomponeerd voor zangstem en zeven instrumentalisten, later (1973) omgewerkt voor dezelfde vocale inzet, ondersteund door een kamerorkest met onder meer 29 strijkers (8, 8, 6, 4, 3), koper- en houtblazers, sober bezet slagwerk en harp. 
In die tijd was het niet gemakkelijk voor een als avantgarde componist bekend staande musicus om zich binnen de traditie te positioneren, zelfs en vooral niet als hij zich eenmaal of vaker manifesteerde in het centrum van die, in principe veelzijdige, traditie. Toen waren er, en nu zijn er nog altijd, hele volksstammen die menen dat een ijsberg verandert in een brandstapel als zij deze slechts benaderen.

De Tsjechische dichter, bloemlezer
 en historicus Karl Jaromir Erben
(1811-1870). 
Tekening Jan Vīlimek (1860-1938).
Dvořák en Brahms
Niet zelden gebeurt het dat het programmeren van zo'n, vermeend doodenge, compositie nog steeds afschrikt, zelfs als onderdeel van een voor de rest klassiek programma met werken van zeer populaire componisten. In dit geval waren dat lievelingen van het concertpubliek: Antonín Dvořák (1841-1904) en Johannes Brahms (1833-1897).
De relatief weinig gehoorde 
Woudduif van eerstgenoemde kreeg de gelegenheid alle geluiden van zichzelf en het omringende bos terug te vinden in een orkestrale toonzetting die het dier en de Boheemse natuur kenmerken. De componist heeft gebruik gemaakt van een ballade van Karel Jaromír Erben (1811-1870) — een historicus die zich onder meer heeft gespecialiseerd in folkloristisch-Tsjechische dichtkunst. Hij wordt beschouwd als de meest vooraanstaande dichter van die streek in de negentiende eeuw.
De Derde Symfonie van Brahms, een van de weinige werken waarover de componist zich heeft uitgelaten — "In mijn tonen spreek ik" — kreeg onder leiding van chef-dirigent Michel Tabachnik een technisch voortreffelijke uitvoering, al waren sommige accenten hier en daar wat nadrukkelijk agressief aangezet.

Leeuwarden en Emden (D)
Het concert wordt op vrijdag 26 november herhaald in De Harmonie in Leeuwarden en op zaterdag 27 november in de Noord-Duitse stad Emden (Neues Theater).

woensdag 24 november 2010

NNO in Groningen, Leeuwarden en Emden (D)

Antonín Dvořák.
Standbeeld (Praag)
Dvořáks Woudduif
Het Noord Nederlands Orkest speelt gedurende de laatste drie dagen van deze week steeds hetzelfde concert, maar dan op drie verschillende locaties: twee in eigen speelgebied, het derde in de Noord-Duitse stad Emden (Neues Theater, zaterdag 20:00 uur). Vrijdagavond is De Harmonie in Leeuwarden aan de beurt, maar de reeks begint in, eigen huis',  het Cultuurcentrum De Oosterpoort in Groningen, op donderdag '25 november.
Het concert zal worden geopend met het symfonisch gedicht De Woudduif opus 110 uit 1896 van de Tsjechische componist Antonín Dvořák (1841-1904). Een uitgebreid artikel daarover is te vinden op de site van het culturele fin de siècle All art is quite useless, op genomen op 4 augustus 2009.

Brahms Derde Symfonie
Het concert zal worden besloten met de Derde Symfonie uit 1883 van Johannes Brahms (1833-1897). Voor wat meer, en gedetailleerde, informatie over die compositie wordt u hier eveneens  verwezen naar een ruimer artikel op dezelfde site als waar u een uitgebreidere bijdrage kunt vinden over De Woudduif van Dvořák. 

Berio's Folk Songs
Het tweede werk dat vóór de pauze zal worden gespeeld heet Folk Songs, en is van Luciano Berio (1925-2003). Zelf heeft deze componist zo'n drie decennia geleden op het podium in de grote zaal van het cultuurcentrum De Oosterpoort gestaan als dirigent van uitsluitend eigen werken, gespeeld door het Concertgebouworkest, met hoboïst Werner Herbers en de Swingle Singers.
De Folk Songs werden voor het eerst voltooid in 1964, voor mezzosopraan en zeven instrumentalisten; in 1973 heeft de componist het werk aangepast.
Cora Burggraaf zal daarin de 
partij voor mezzosopraan vertolken.