woensdag 14 mei 2008

De Noordelijke Polyfonisten zingen zaterdagavond in Diever, zondagmiddag in de Stad Groningen

Acht componisten
Het projectkoor De Noordelijke Polyfonisten — dirigent André Cats — geeft het komende weekeinde twee concerten: het eerste op zaterdag 17 mei, 's avonds om 20:00 uur in de Nederlands Hervormde Kerk in het Drentse Diever, en de middag daarop, zondag 18 mei, in de Lutherse kerk te Groningen. Onder het motto Vreemde sprongen zal het koor de toehoorders in contact brengen met muzikale experimenten in de Renaissance.
Er zullen in totaal elf stukken worden gezongen van acht componisten. Het programma bestrijkt daarmee ruim anderhalve eeuw in de tijd. De oudste onder de muziekmeesters van wie tijdens deze concerten een stuk wordt voorgesteld, is meteen de minst bekende van de voor geïnteresseerden veelal sonore namen: Solage. Hij leefde van ongeveer 1340 tot 1400. Van hem staat een Franse titel op de rol: Fumeux fume parfumée. De laatst overledene van deze noordelijke polyfonisten is één van de bekendste Engelse vakmensen binnen dit kader: Thomas Weelkes, die op 1 december 1623 in de leeftijd van 47 jaar overleed. Van hem zingt het koor na de pauze drie nummers. Eerder dat jaar was zijn collega William Byrd gestorven, die ongeveer tachtig jaar oud is geworden en dat was in die periode geen alledaags verschijnsel. Hij staat met één stuk, Come woeful Orpheus, als tweede onderdeel op het programma na de pauze.



Klinkende namen

Van de vier componisten, die voor de pauze allen met één stuk zijn vertegenwoordigd, is de zuidelijke Nederlander — en toch noordelijke polyfonist — Roland de Lassus, doorgaans beter bekend als Orlando di Lasso (1532-1594), zeker de meest klinkende, althans indien we dat muzikale begrip hier in een wat meer algemene betekenis gebruiken: (wijd en zijd) bekend. Bovendien geldt hij als de productiefste componist aller tijden. Zijn Prophetiae Sibyllarum sluit het gedeelte vóór de pauze af. Aan zijn bijdrage gaan nog twee stukken van wat bekendere noten schikkende muziekbreinen vooraf. Direct na het Franse stuk van Solage staat Cypriaen de Rore (1515-1565) genoteerd met Calami sonum ferentes, gevolgd door een werk van iemand, die geen paus was, maar goed met muziek uit de voeten kon, welke onder zijn handen een niet onbelangrijke rol is gaan spelen binnen het kader van de wereld der Vlaamse polyfonie: Jacob Clemens non papa over wiens geboortejaar en tevens over diens tijdstip van overlijden niet alle doorgewinterde geleerden het eens zijn, maar doorgaans 1510-1555 wordt aangehouden. Van hem zal Fremuit spiritus Jesus/Lazare, veni foras worden gezongen.
Het gedeelte na de pauze wordt geopend met Solo e pensoso van Luca Marenzio (1553-1599), de enige echte Italiaan, en dus niet noordelijke polyfonist in dit gezelschap.

De twintigste eeuwse Nederlander Hendrik Andriessen (1892-1981) — die als één der beste en bekendste vaderlandse muziekmeesters van de bewuste periode mag gelden — componeerde in 1965 het ruim zeven minuten durende a cappella koorstuk Omaggio a Marenzio, op een tekst van de veertiende eeuwse Fazio degli Uberti, die 'ergens' tussen 1305 en 1309 werd geboren en na 1367 is gestorven.
Het optreden van de Noordelijke polyfonisten zal worden besloten met twee composities van Carlo Gesualdo (1566-1613): Dolcissima mia vita, gevolgd door "Io parto", e non più dissi.
Wie vooraf meer over het koor De Noordelijke polyfonisten wil weten, kan onder de link terecht op de fraai geornamenteerde website van deze vocalisten.
____________
Afbeeldingen
1.  De Engelse polyfonist William Byrd.
2. Affiche voor de beide optredens dit weekeinde, van het projectoor De Noordelijke polyfonisten.
3. De Vlaamse polyfonist Orlando di Lasso.
4. De Italiaanse polyfonist Luca Marenzio.

Geen opmerkingen: