zondag 27 januari 2008

Het unieke Cello Octet Conjunto Ibérico donderdag 30-01 in Groningen met vijf werken voor acht celli


Acht cellisten
De groepering 'bevindt zich' ongeveer in het middengebied tussen het fenomeen strijkkwartet en een kamerorkest van relatief geringe omvang. De naam luidt Cello Octet Conjunto Ibérico en de leider van het ensemble heet Elias Arizcuren, die u hierboven ziet afgebeeld als één van de fraaiste, en in mijn optiek de interessantste dirigentenkoppen van het eind van de twintigste en, dus nu aan het begin van de eenentwintigste, eeuw. De laatste twee decennia heeft deze musicus zich met zijn strijkersgroep ten doel gesteld de toen volstrekt verwaarloosde traditie van Spaanse en Latijns-Amerikaanse liederen in ere te herstellen, en dat hield in de praktijk heel wat acribisch werken in. Allengs wordt het programma aangevuld met werken, die originele composites voor acht celli zijn, en deze werken worden vooral 'aangeleverd' door de compositorische protagonisten van het muziekgebeuren op dit ondermaanse.
Vijfenzestig wereldpremières heeft het Octet inmiddels gerealiseerd en die werden op in totaal dertien compact discs vereeuwigd. Ondanks het feit dat het hier om eigentijdse muziek gaat, zijn deze geluidsdragers zeer positief ontvangen.

Programma
Het programma dat het ensemble aanstaande donderdag in de kleine zaal van het Cultuurcentrum De Oosterpoort te Groningen geeft — en dat wordt voorafgegaan door een Zuid-Amerikaans buffet, waarvoor geïnteresseerden overigens wel apart moeten reserveren — biedt een rijk scala aan diverse muziekstijlen. Ter opening klinkt van David Popper (1843-1913), die zelf ook cellist was, het Requiem opus 66 dat oorspronkelijk werd geschreven voor drie celli en orkest, ter nagedachtenis van een vriend van de componist. Daarvan is later een versie uitgebracht voor drie celli en piano. De première werd in 1891 in Londen gegeven.
Voordat een tweede in memoriam-compositie weerklinkt, wordt eerst Pampeana van Alberto Ginastera (1916-1983) gespeeld. Hij was één der meest fameuze en geliefde Zuid-Amerikaanse componisten van de twintigste eeuw en heeft een rijk geschakeerd oeuvre, waarin onder meer de wereld van de Argentijnse cowboys terug te vinden is.

Meester-minimalist Terry Riley
Requiem for Adam — één van de drie Requiem-kwartetten voor strijkkwartet uit 1998 — van Terry Riley (geb. 1935), wiens muziek enkele jaren geleden in hetzelfde gebouw veelvuldig klonk, toen hij in het centrum van de belangstelling stond vanwege het naar hem genoemde Festival, dat door de Stichting Prime, samen met het Noord-Nederlands Orkest was gerealiseerd. Riley is één van de grootheden der Minimalisten, die in 1964 veel aandacht kreeg vanwege zijn revolutionaire werk In C. Het derde Requiem uit de reeks van drie voor strijkkwartet werd onderdeel van het repertoire van het befaamde Kronos Kwartet. Hetgeen de toehoorders donderdag wordt gepresenteerd, is echter de geautoriseerde bewerking voor cello-octet door Elias Arizcuren. Gezien het temperament van de laatstgenoemde, zal er flink wat zuidelijke passie klinken in die kleine zaal van De Oosterpoort.

Zuid-Amerikaans en Spaans
Heitor Villa-Lobos (1887-1959), Braziliaans componist, die zelf eveneens cellist was, en die inmiddels ook alweer een halve eeuw niet meer tussen de levenden op het ondermaanse verkeert, is bij dit aantrekkelijke cellogebeuren van Conjunto Ibérico vertegenwoordigd met de Eerste van negen
Bachianas Brasileiras, die reeds in de eerste vier letters van het eerste woord verraden dat ze een hommage aan Johann Sebastian Bach inhouden. De eerste is geschreven in 1930 voor ten minste acht celli.
Ook in het laatste programma-onderdeel van de avond blijft het Iberische element overheersen, al is dat nu wel Europees, aangezien de componist van het vijfde werk van dit concert een directe Spanjaard: Cristóbal Halffter die in een muzikaal gezin te Madrid werd geboren in het jaar dat Villa-Lobos het aan de laatste uit te voeren compositie, zijn eerste Bachiana Brasileira, heeft voltooid.
Halffters Fandango — die in principe een Spaanse tweepersoons volksdans is, met begeleding door castagnetten en gitaar. Aangezien Elias Arizcuren kennelijk zijn hand niet hoeft om te draaien voor nog een bewerking, zal het ongetwijfeld een zeer gepassioneerd cellostuk zijn geworden, helemaal aangepast aan de interesses en het muzikale kunnen van de acht cellisten. Tevens past daar uitstekend de uitspraak bij die Halffter heeft gedaan in mei 1981, en waarvan een Nederlandse vertaling in deze context volstrekt overbodig lijkt:
"El teatro es la expresión del arte total."
____________
Afbeeldingen
1. Elias Arizcuren.
2. David Popper.
3. Alberto Ginastera.

4. Terry Riley. Foto van New Albion Records.
5. Heitor Villa-Lobos.
6. Cristóbal Halffter.

Geen opmerkingen: